Spaanse Voorzetsels
Spaanse informatiebronnen

Een voorzetsel verbindt zelfstandige naamwoorden, voornaamwoorden en zinnen met andere woorden in een zin, meestal geeft het de relatie van het onderwerp in tijd of ruimte aan in vergelijking met de inhoud van de rest van de zin. Bijvoorbeeld:

  • "Het boek is onder de tafel."
    • Het voorzetsel is "onder," die de ruimtelijke relatie van het boek met de tafel aangeeft.
  • "Zij leest een tijdschrift tijdens de les."
    • Het voorzetsel is "tijdens," die de temporele relatie aangeeft tussen het lezen van het tijdschrift en de les.

Veelvoorkomende Voorzetsels

anaar, aan, in
antevoor
bajoonder
conmet
contrategen
devan, vanuit, uit, met
desdevanaf, sinds
durantetijdens, gedurende
enin, op, te
entretussen, onder
exceptobehalve
hacianaar, tegen
hastatot, zelfs
paravoor, naar, om te
porvoor, bij, door, per
segúnvolgens
sinzonder, zonder dat, geen
sobreop, over
trasachter

Veelvoorkomende Voorzetselgroepen

conforme a volgens
contrario a in tegenstelling tot
frente a tegen, tegenover
junto a naast
respeto a met betrekking tot
acerca de over, betreffende
además de bovendien, verder
alrededor de rondom, rond de
antes de vóór, voordat, alvorens
cerca de dichtbij
debajo de onder
delante de voor, voordat
dentro de in
después de na
detrás de achter
encima de bovenop, bovenstaand
enfrente de tegenover
fuera de buiten, daarbuiten
a causa de wegens
a fin de om
a pesar de ondanks
al lado de naast de, naast het
en cuanto a wat betreft
en lugar de in plaats van
en vez de in plaats van