Net zoals er verschillen zijn tussen het Amerikaanse Engels en het Britische Engels, zijn er verschillen tussen het Spaans gesproken in Spanje (ook bekend als schiereiland Spaans) en het Spaans gesproken in Latijns Amerika. In beide gevallen is het dezelfde taal maar met bepaalde variaties in termen van woordenschat, uitspraak en grammatica.
Er zijn verschillende Spaanse dialecten en variaties als je door Spaans-sprekende landen reist... en zelfs binnen de landen zelf! Lees verder voor meer informatie.
1. Uitspraak van de "c" en de "z"
Veel mensen die tijd doorbrengen in Spanje verwijzen naar Spanjaarden als het hebben van een lisp wanneer ze praten, in feite, is het niet een spraakgebrek maar eerder een vorm van uitspraak. In Spanje, worden zachte c´s en z´s (zoals de c in centrum, bijvoorbeeld) uitgesproken als een Engelse "th", waardoor het Spaanse woord voor centrum (centro) klinkt als "thentro"
In Latijns-Amerika, een zachte c´s en z's worden uitgesproken als een s, waardoor het Spaanse woordt voor centrum (centro) klinkt als "sentro".
2. Woordenschat
Een ander belangrijk verschillen tussen het schiereiland Spaans en het Latijns-Amerikaanse Spaans is dat verschillende woorden kunnen worden gebruikt voor hetzelfde ding, of het zelfde woord kan het ene in Spanje beteken maar iets heel anders in Latijns-Amerika. Veel van deze verschillen in woordenschat hebben te maken met de invloeden van Latijns-Amerika´s veel inheemse talen.
Bijvoorbeeld, het woord "carro" in het Spaans is een kar dat je duwt of trekt om dingen mee te vervoeren, terwijl het in Latijns-Amerika een echte auto is waarin je kunt rondrijden. Een auto in Spanje is "coche", terwijl "coche" in Latijns-Amerika een kinderwagen is.
Hier zijn een paar verschillen in woordenschat tussen Spanje & Latijns-Amerika:
Nederlands | Schiereiland Spaans (Spanje) | Latijns-Amerika Spaans |
auto | coche | carro |
avocado | aguacate | palta |
boos worden | enfadarse | enojarse |
computer | ordenador | computadora |
perzik | melocotón | durazno |
aardappel | patata | papa |
3. Voseo
In het Spaans zeggen we voor jij "tú" en voor u "usted". Echter, in veel delen van Latijns-Amerika zul je het woord "vos" ook tegenkomen. Terwijl het gebruik ervan wijdverspreid is, heeft het ook grote verschillen in sociale overweging. In sommige delen wordt het beschouwd als straattaal, geschikt om te zeggen maar niet correct wanneer het geschreven wordt. Het gebruik van "vos" en de bijbehorende werkwoord vervoeging is gezamelijk bekend als "voseo".
Het wordt veelvuldig gebruikt in Argentinië, Chili, Costa Rica, El Salvador, Guatemala, Honduras, Nicaragua, Paraguay, Uruguay en in delen van Colombia, Venezuela, Ecuador en Mexico.
4. Gebruik van "ustedes"
Terwijl schiereiland Spaans twee manieren heeft om meervoud aan te geven als je over anderen praat (zoals wanneer je naar een groep verwijst "jullie"), Latijns-Amerikaans Spaans heeft slechts één. In Spanje, beide "vosotros" (jullie) en "ustedes" (zij) worden gebruikt, terwijl in Latijns-Amerika "ustedes" altijd gebruikt wordt.
Dit geldt ook voor de bijbehorende werkwoordsvervoegingen. Bijvoorbeeld, we zullen het werkwoord "hablar" (praten) vervoegen:
Schiereiland Spaans | Latijns-Amerikaans Spaans | |
yo ik | hablo | hablo |
tú jij | hablas | hablas |
él, ella, usted hij, zij, u | habla | habla |
nosotros wij | hablamos | hablamos |
vosotros jullie | habláis | X |
ellos, ellas, ustedes zij (meervoud) | hablan | hablan |
Dus, om te zeggen "Tegen wie praten jullie?"
- In Spanje: "¿Con quién habláis?"
- In Latijns-Amerika: "¿Con quién hablan?"
Spaanse Variaties in Spanje & Latijns-Amerika
Geloof het of niet, er zijn niet alleen variaties in Spaans tussen Spanje en Latijns-Amerika; maar er zijn ook verschillen als je van de ene rigio naar de andere rigio reist binnen enkele landen. Leer meer door op onderstaande linken te klikken: